Naast mijn Fujifilm GFX50S gebruik ik de Fujifilm X-T3 als het even compacter, sneller of met meer bereik moet. Wanneer dan de X-T4 wordt aangekondigd, ben ik uiteraard razend benieuwd. Een aantal weken mocht ik een pre-productieversie testen. Om niet afgeleid te zijn, bleven de GFX en de X-T3 meestal thuis. Hoe me dat bevallen is?
Uit de doos
De eerste spannende kennismaking start natuurlijk altijd bij het uitpakken. Hoe ziet ie eruit, hoe voelt ie, dat soort dingen. Uit de doos verschijnen, naast de camera, onder andere een accu, een oplaadsnoer en … geen oplader. Nazoeken op internet leert dat deze niet standaard wordt bijgeleverd. Deze moet je los bijkopen voor € 69,-. In die oplader gaan dan wel twee accu’s tegelijk. Bij eenvoudige compactcamera’s zie je wel vaker dat een losse oplader ontbreekt, maar bij een camera in dit segment? In mijn optiek een weinig verstandige keuze, jammer. Er rest niets anders dan de accu op te laden via de camera en het bijgeleverde snoertje. Een blik in de handleiding leert dat het een aantal uur duurt voordat de accu geheel opgeladen is. Ik heb maar ruim een uur… Wanneer ik vertrek, blijkt de accu nagenoeg helemaal vol te zitten. Dat is dan weer een meevaller!
Uiterlijk
De X-T4 lijkt sprekend op zijn voorganger. Gelukkig maar, want wat goed is, moet goed blijven. Toch zijn er een paar, niet onbelangrijke, wijzigingen doorgevoerd. Het grootste verschil betreft het LCD-scherm. Deze kun je nu vrij alle kanten op bewegen. Dat is uiteraard enorm handig, naar gelang je onderwerp en het licht. Ook kun je de camera doordoor nu gebruiken voor het maken van selfies en vlogs.
De X-T4 is gebruiksvriendelijker voor filmers. Met een snelle switch schakel je van fotografie over naar film.
Tot slot zijn de AE-L, AF-ON en de Q-knop van plek verwisseld. Dit is zeker een verbetering; je kunt de AF-ON zo immers net wat gemakkelijker met je duim bedienen. Om een vreemde reden heeft Fujifilm ervoor gekozen het Q-knopje platte uit te voeren dan de AF-ON-knop. Mede door het terugvallende randje is deze knop daardoor lastiger in te drukken. Met handschoenen is dit zelfs nagenoeg onmogelijk geworden, terwijl de Q-functionaliteit juist zo ontzettend handig is (via de Q kun je allerlei instellingen veranderen zonder in de menu’s te hoeven duiken).
Intern
Hoewel de sensor hetzelfde is als die van de X-T3 heeft de X-T4 ook van binnen diverse grote wijzigingen ondergaan. Een wens van veel gebruikers is de interne beeldstabilisator, IBIS. Hiermee win je tot 6,5 stops aan beeldstabiliteit. Waar er geen samenwerking plaatsvindt tussen het objectief en de camera win je nog altijd 5,5 stops. In theorie kun je met een standaardlens op deze manier tot ongeveer 1 seconde uit de hand fotograferen.
De focussoftware heeft een serieuze update gehad. De camera kan scherpstellen binnen 0,02 seconde en behoort daarmee tot de snelste van de wereld. Belangrijker voor natuurfotografen is het vermogen om bewegende onderwerpen te volgen en daarop te blijven scherpstellen. Volgens Fujifilm gaat dit nu 2x sneller dan bij de voorganger. Het scherpstellen gaat ook beter onder moeilijker lichtomstandigheden; de lichtgevoeligheid is verbeterd naar -6Ev.
Voor de liefhebbers van Fujifilms filmsimulaties zijn er nieuwe mogelijkheden toegevoegd met Eterna Bleach Bypass (lage verzadiging, groot cintrast), Classic Ned en Color Chrome Effect Blue.
In het veld
Mooi als die specs en vernieuwingen op papier, uiteindelijk draait toch alles om een test in de praktijk. Omdat de camera veel op de X-T3 lijkt, hoef ik geen seconde te wennen dan de X-T4. De bediening gaat blind, de heerlijke retroknoppen helpen daar goed bij. Het lastige Q-knopje daargelaten.
Afgelopen weken zijn we, ondanks alle coronaperikelen, gezegd met een flinke dosis mooi weer. Zo kon ik de camera op veel mooie momenten testen. Landschappen zijn uiteraard geen probleem; deze worden prachtig in detail vastgelegd. De grotere uitdaging volgt ’s nachts. Via het LCD-scherm is het mogelijk de wat heldere sterren te zien en daar manueel op scherp te stellen. In een ooghoek zie ik wat bewegen. Een satelliet, niet eentje, maar tientallen, keurig in een lijn achter elkaar aan. Het zijn Starlink-satellieten. Kort na de lancering, met 60 tegelijk, vliegen zijn kort op elkaar. Later zal de afstand tussen deze satellieten toenemen en verdwijnt dit ‘treintje’. Met de camera op de maximale ISO-waarde van 12.800 ISO leg ik het fenomeen vast. De maximale ISO-waarde en toch gewoon prima bruikbaar! Dat komt omdat er weliswaar ruis optreedt, maar dat wel beperkt blijft tot korrel en geen gekke patronen of raargekleurde pixels, zoals in het verre verleden met mijn Canon wel het geval was. Maak je nu een reeks door alle ISO-waarden, dan zie je dat de ruis maar heel langzaam toeneemt. Vanaf 3200 ISO wordt deze opvallender, met een sprongetje bij de hoogste ISO-waarde van 12.800. Let op, de getoonde cropfoto’s zijn geheel onbewerkt met bewust een vage, overwegend donkere achtergrond. Daardoor valt de ruis des te beter op. Omdat het een pre-productie sample is, mag ik helaas geen RAW ter beschikking stellen. Zodra dit mogelijk is, voeg ik alsnog een serie RAW-bestanden toe.
Dan natuurlijk de verbeterde autofocus. Normaal zou ik een dagje in een wildpark gaan fotograferen, maar dat is in deze periode niet mogelijk. Gelukkig is er in de natuur altijd wel iets te vinden. Zo tref ik in mijn local patch grauwe ganzen. Enkele daarvan broeden op kleine eilandjes in de vennen. Manlief zwemt dan altijd een eindje verderop in een poging het gevaar wat af te leiden. Zo kan ik de ganzen vastleggen bij mist en prachtig tegenlicht. De camera slaagt er prima in om hierop te focussen.
Snellere dieren zijn natuurlijk een nog wat grotere uitdaging. Dan komt meteen het lastige om de hoek kijken: welke focusoptie gebruik je? Eén punt of een zone? Met welke snelheid en gevoeligheid? Helaas is er geen ultieme instelling in de natuur. Bij het meerkoetje is een enkel punt een veiliger idee vanwege de onrustige achtergrond, maar in de lucht is een zone weer trefzekerder. Uiteindelijk krijg ik allerlei mogelijkheden voor de lens, van een roofvogel in een boom (tussen de takken door) tot een biddende torenvalk en van eenden tot een bever in het zwakke schemerlicht. Niet alle foto’s waren altijd ragscherp, maar dat lag dan vaak eerder aan mij of aan de lenskeuze. Mijn 100-400 is, zeker op 400mm, niet enorm lichtsterk en dat merk je natuurlijk meteen bij het scherpstellen. Al met al ben ik zeer zeker te spreken over de autofocus van deze camera!
De IBIS doet zijn werk prima. Ik heb het niet op wetenschappelijk niveau getest, maar 1/25s op 400mm resulteerde in ieder geval in een scherp beeld.
De vele mooie momenten waren uiteraard een feestje. Geen enkele keer ben ik zonder stroom komen staan. De beloofde accuduur van 500 foto’s haal je zeker wel, mits je een beetje door fotografeert, niet te veel op het LCD-scherm kijkt en niet iedere foto terugkijkt. Ben je een echte actieshooter, dan behoort 1000+ foto’s zeker tot de mogelijkheden. Onder normale omstandigheden en bij normaal gebruik heb je aan één accu genoeg voor een dag, heel prettig!
Conclusie
De Fujifilm T-T3 was reeds de beste spiegelloze APS-C camera die je kon kopen. De X-T4 zet weer een stap voorwaarts en maakt dit tot een onovertroffen camera, een echte benchmark voor de concurrent. Ben je op zoek naar een alleskunner met een uitmuntende beeldkwaliteit, een groot bedieningsgemak en een grote snelheid/nauwkeurigheid, dan moet je deze camera zeker overwegen. En wat als je nu reeds een X-T3 hebt? Qua beeldkwaliteit win je er misschien niet zo veel meer, maar IBIS, het nieuwe LCD-scherm, de snelheid en de grotere accuduur maken de X-T4 toch wel meer dan verleidelijk! Meer reviews lezen over deze fantastische camera, kijk dan eens op de site van frankwandelt.nl.
Pluspunten:
- Uitstekende beeldkwaliteit
- Snelle en nauwkeurige autofocus
- Krachtige beeldstabilisator
- Volledige kantel- en draaibaar LCD-scherm
- Robuuste bouw
- Levensduur accu
Minpunten:
- De verdekte ligging van de Q-knop
- Geen acculader bijgeleverd
Specificaties:
- 26,1MP APS-C X-Trans IV BSI CMOS sensor
- ISO 160 tot en met 12.800
- 4K video
- 15fps bij gebruik van de mechanische sluiter, 20fps bij gebruik van de elektronische sluiter
- Elektronische zoeker met 3.680.000 pixels
- Kantelbaar LCD-scherm met 1.620.000 pixels
- IBIS (interne beeldstabilisatie) van maximaal 6,5 stops
- Weather sealed
- Twee SD geheugenslots
- WiFi en Bluetooth
- Afmetingen 134,6 x 92,8 x 63,8mm
- Gewicht 607 gram
Ja, ik ben ambassadeur van Fujifilm Nederland. Ik heb evengoed geprobeerd een zo objectief mogelijke review te schrijven. De X-T4 heb ik inmiddels zelf besteld, wellicht zegt dat misschien nog wel het meest!
Geachte,
Sinds enige weken ben ik de troste eigenaar van een fujifilm X-T4 met een fujinon XF 15-55/2.8R LM WR lens en een fujinon XF50-140/2.8 LM OIS WR lens.
De bedoeling is om natuur/ wild en portretfoto`s te gaan maken.
Ik ben vroeger begonnen met een Asai Pentax ME met foto rolletjes maar dat is erg lang geleden en nu heb ik sinds jaren een compact cameraatje van sony. maar om verder te komen dus gelijk maar wat goeds aangeschaft. Inmiddels heb ik de gebruiksaanwijzing al verschillende keren geraadpleegd maar ik kan maar niet ontdekken wat de juiste instellingen kunnen zijn als ik niet alles op de automaat wil gebruiken. De uitleg van wat de betekenis van letter en cijfer aanduidingen op de knoppen bovenop waarmee je iso en sluitertijd ( A,B, T, 1,2,4,8 enz)in kan stellen blijven mij onduidelijk evenals het snel achter elkaar maken van maar 1 foto tegelijk wat soms niet gaat omdat het toestel dan bezig is met opslaan in de HDR of S stand. Inmiddels ben ik een cursus gestart ( basis cursus fotografie) bij foto Ploeg in Sliedrecht maar of ik daar dit soort info kan verkrijgen is nog onduidelijk. Zou u mij kunnen informeren hoe ik aan de wijsheid kan komen om dit soort vragen en oplossingen voor mij helder te krijgen?
Bij voorbaat dank en groet, Willem de Keizer.
Hallo Willem, mooie aankoop! En helaas zijn de handleidingen inderdaad altijd lastig te lezen. Er zitten bovendien enorm veel mogelijkheden op de camera. Helaas is er niet een pasklaar antwoord op je vragen. Het is namelijk maar net wat je zelf prettig vindt. Dat is het idee achter de vele opties. Ik kan je alleen zeggen hoe ik het zelf doe.
– Ik fotografeer alleen via de T stand. Met de ring op het objectief bepaal ik het diafragma, met de T de sluitertijd. Zo hoef ik niet bang te zijn voor uitschieters qua belichting. De T staat voor time, de overige cijfers van een vaste sluitertijd, dus 1/1 +is 1 sec) t/m 1/8000s. Het linker draaiwieltje geeft de ISO aan. Bij die laatste is het altijd even uitkijken dat je het onderliggende wieltje niet meedraait, want dan switch je naar een andere opnamestand.
– Het wieltje onder de ISO-knop geeft je toegang tot de verschillende opname-modi. De S staat voor Single, 1 opname dus. De C staat voor Continue, dus een reeks opnames. De L in CL staat voor Low de H voor High, dus de snelheid van het aantal opnames dat ie maakt per seconde. Ik zou doorgaans alleen voor CL gaan, aangezien ie in CH 20 beelden per seconde maakt. Ideaal bij snelle acties, verder vooral heel veel uitzoekwerk.
– Tot slot heb ik scherpstellen en afdrukken van elkaar gescheiden. Het scherpstellen doe ik met de AF ON knop, het afdrukken met de ontspanknop. Het voordeel daarvan is dat de camera niet steeds opnieuw gaat scherpstellen als dat niet nodig is. Dit is wel even wat dieper in de menu’s duiken.
Hopelijk ben je hier een beetje mee op weg geholpen. En anders is het altijd raadzaam op Youtube te zoeken naar concrete zaken waar je wat meer over wilt weten.
Succes!
Bob
Koop het boekje :XPERIENCE Fujifilm X-T3 – Hét digitale handboek (PDF) voor de Fujifilm fotograaf van Gerg Theulings aan. Het behandelt bijna alles wat je bij de xt4 weten wil. De aspecten die bij de xt4 anders zijn haal je dan wel gemakkelijk uit de handleiding.