De hele week zijn wij (Marijn Heuts en ondergetekende) namens Natuurmonumenten gastheer op de Marker Wadden. Dit nieuwste stukje Nederland is afgelopen jaar letterlijk boven water gekomen. Grote delen van het landschap zijn nog puur en kaal zijn, voor sommigen misschien wat saai, voor ons juist een reden om hierheen te trekken. Hoe vaak krijg je immers de kans om zo’n nieuwe situatie te verkennen? Deel 1 van onze avonturen op de Marker Wadden.
Hoe het begon
Natuurmonumenten zocht intern naar Wadwachters, mensen die de boel een beetje in de gaten houden, hand en span diensten verrichten namens de boswachter en het reilen en zeilen van de jachthaven regelen op de momenten dat de havenmeesters er niet zijn. Intern zijn we niet en dus trokken we de stoute schoenen aan. Via onze fotografie en film kunnen wij mensen bereiken die de Marker Wadden niet kunnen bezoeken of die dat nog niet gedaan hebben. Gastheer vanaf afstand dus. De rest is geschiedenis.
Overtocht
Maandag 26 november is het dan zo ver, in de Bataviahaven van Lelystad wachten twee vrijwillige schippers ons op. Een kar vol materiaal en proviand sjouwen we richting de Marker Wadden II. Drie meiden en een jongen blijken ook mee te willen, bij zich een complete boot met allerhande spullen. Het blijken studenten van de WUR, onderzoek naar de macrofauna in het water en de waterbodem. Zij blijven maar één nachtje, wij een week. Net buiten de Bataviahaven vormt zich bijna een file van de beroepsvaart, wat een drukte. De schippers zigzaggen er handig doorheen. Na een half uurtje komen we aan in de haven van de Marker Wadden en meren aan tegen de Zeeleeuw, zeg maar de drijvende bouwkeet van Boskalis.
Ons onderkomen
Gelukkig is ook aan deze kant van het water een transportkar aanwezig, zodat we al onze spullen ineens naar de accommodatie kunnen brengen. Ons onderkomen is een tot knusse woning verbouwde bouwkeet die van alle gemakken voorzien is. Zo beschikken we over een klein keukentje met vier elektrische kookpitten, grote koelkast en dito vriezer, magnetron, waterkoker, koffiezetapparaat en broodrooster. Verder staat er in de woonkamer een bank en een eettafel. Ons huisje heeft twee slaapkamers, wij besluiten er eentje te gebruiken en de ander als opslaghok te gebruiken.
Het sanitair is wat minder. De badkamer is dermate ijzig koud dat we het douchen aanvankelijk maar overslaan. Na drie dagen is de kleine ruimte een paar graden opgewarmd en wagen we een poging. De geiser kan het opwarmen van het water amper bij houden. Is het je iets te warm, dan is het de truc om de warmwaterkraan iets verder open te draaien. Logisch toch? In diezelfde koude ruimte bevindt zich ook een droogtoilet voor de kleine boodschap. Onlangs vond men het een handig idee de Dixie te verwijderen, waardoor we voor de grote boodschap naar de Zeeleeuw moeten. Honderd meter door weer en wind en, in geval van nood, door het aardedonker.
Op de eerste avond zien we op de Zeeleeuw ineens het licht uit gaan. Zo vroeg zullen die studenten toch niet gaan slapen? Nog geen vijf minuten later staat er eentje voor de deur en geeft aan dat hun aggregaat een storing geeft (ook die van ons geeft allerlei uitroeptekens, maar blijft gelukkig werken). Toch maar even kijken, ook al hebben wij van dergelijke apparaten geen enkel verstand. Het lukt ons de boel opnieuw op te starten; het licht en de verwarming springen aan. Althans, in het voorste gedeelte van de Zeeleeuw. Het achterste gedeelte, waar zich ook het toilet bevindt, blijft donker. Het kan Boskalis weinig schelen, het euvel wordt in de volgende dagen niet opgelost.
Zo moeten we ons behelpen met het donkere toilet op de Zeeleeuw. Los van de afstand is dat een avontuur op zich. Het verwijderen van de Dixie is namelijk niet de enige merkwaardige beslissing. Men heeft namelijk ook het water afgesloten om kapotvriezen in de winter te voorkomen. Een logische gedachte, maar dat had dan toch ook wat later nog gekund? Geen stromend water. In plaats daarvan een emmer aan een touw, zodat we water kunnen ophijsen, waarmee we vervolgens het toilet kunnen doorspoelen… Net als je denkt dat het niet erger kan, besluit het water op de derde dag niet meer weg te lopen. Nog maar een emmer water om de druk op te voeren. Met een flinke plons zien we de complete inhoud van het leidingstelsel in de haven verdwijnen. Kennelijk heeft er iemand worteltjes gegeten. Gatver…
In een volgende blog gaan we het eiland verkennen.